Wat een gezellige spanning was er, de ochtend dat Sinterklaas met zijn pieten op de groep zou komen. Elk jaar is dat weer een gezellige bende. Soms moet dat kunnen, ook bij mensen met dementie.
Met extra inzet hadden we de bewoners om half tien in de woonkamer zitten. De ballen voor de soep waren gedraaid, de soep pruttelde al op de kookplaat. Sinterklaas wordt gevierd met familie erbij. Dus zijn er hapjes ingeslagen, soep en broodjes voor tussen de middag.

‘Sinterklaasje kom je maar binnen….’ ze zingen bijna allemaal mee. Vol verwachting stralen de ogen en het woord ‘verkneukelen’ doet recht aan wat ik bij menig bewoner van het gezicht denk af te lezen.
Sinterklaas op de groep, op een stoel in het middelpunt. Daarom heen zitten wij. Personeel, familie, bewoners zelf. Het tovert een glimlach op de gezichten en ook een beetje spanning. Eén voor één mogen ze bij Sinterklaas komen. Ieder ontvangt een persoonlijk woordje.
Ik zie ze daar zitten. Bewoners van rond de negentig, die als een kind zo blij en met diep respect voor Sinterklaas voor hem zitten. Vol verwachting luisteren en het cadeautje in ontvangst nemen en uitpakken. Zelfs van de bewoner waar je het niet van verwacht, is de glimlach te zien en zie je de schittering in de ogen.

Dat doen herkenbare beelden en plaatjes. Dat raakt aan beleving en gevoel. Het mag dan even hard werken zijn om ze allemaal op tijd uit bed te krijgen en het geeft onrust na de tijd, maar dat neemt niet weg dat deze ochtend, met Sinterklaas, met familie, heel waardevol is.
Het was mooi om te zien hoe iedere bewoner op een eigen manier reageerde. Met een diepe knuffel aan de Sint, maar ook met afwachting en zelfs met een eigen wil en besef dat je niet meer kind bent en ook zelf wel wat te vertellen hebt. Zelfs aan Sinterklaas!
‘U kunt mooi zingen! Zingt u een liedje voor mij?’ vroeg Sinterklaas. ‘Nou’ en ze keek er een tikkeltje uitdagend bij ‘zingt u maar eens een liedje voor mij!’
Dat deed hij en wij zongen gezellig mee.